Er zijn verschillende definities van het woord 'trauma'. Als je kijkt naar waar het woord trauma vandaan komt, dan stamt het af van het Griekse woord 'traũma' wat staat voor 'wond'. Zo kan het woord 'trauma' naar een fysiek ongeval verwijzen, en is er in een ziekenhuis bijvoorbeeld een afdeling traumachirurgie. Maar 'trauma' kan ook staan voor een 'psychische wond' of psychisch of emotioneel letsel. In dat geval wordt er vaak van trauma gesproken wanneer je een of meerdere gebeurtenissen hebt meegemaakt die je niet hebt kunnen verwerken.
Soms wordt er met 'trauma' naar de gebeurtenis(sen) verwezen die de 'psychische wond' hebben veroorzaakt. Maar eigenlijk is het niet de gebeurtenis zelf het 'trauma', maar datgene wat er van binnenin je is gebeurt als reactie op de gebeurtenis(sen), zoals Gabor Maté dat beschrijft:
“Trauma is niet wat je overkomt. Trauma is wat er binnenin je gebeurt, als gevolg van wat er met je gebeurd is.”
– Gabor Maté
Een trauma kan het gevolg zijn van een eenmalige gebeurtenis, zoals het meemaken of getuige zijn van een ongeluk, een geweldsmisdrijf of een natuurramp. Maar het kan ook zijn dat je over een langere periode blootgesteld bent aan gebeurtenissen die traumatisch voor je zijn geweest, zoals bij het meemaken van oorlog, moeten vluchten, discriminatie, pesten, misbruik of mishandeling.
Een ervaring kan voor de ene persoon traumatisch zijn en voor de ander niet. Hoe dat komt? Omdat er nog veel meer aspecten meespelen, bijvoorbeeld je voorgeschiedenis, de manier waarop je bent 'gehecht' en in hoeverre je steun kon ontvangen na het meemaken van iets heftigs. Of je iets kunt verwerken hangt dus niet alleen af van wat er met je is gebeurd, maar ook wat daarna wel of niet is gebeurd. Kon je wat er was gebeurd bij niemand kwijt of werd je niet geloofd? Dan is de kans om getraumatiseerd te raken groter.
Of een ervaring traumatisch was voor een persoon blijkt pas later. Na het meemaken van iets heftigs is het heel normaal als dat hevige emoties en stressklachten met zich meebrengt. In veel gevallen nemen de klachten na een aantal dagen of weken af. Als dat niet zo is, dan kan er sprake zijn van trauma en een posttraumatische stressstoornis (PTSS). En soms krijgen mensen pas jaren later klachten.
Als je iets hebt meegemaakt wat traumatisch voor je was kun je daarna een posttraumatische stressstoornis (PTSS) ontwikkelen. Als je een PTSS hebt, heb je last van klachten zoals herbelevingen, waakzaamheid, prikkelbaarheid, slapeloosheid, nachtmerries, moeite met concentreren en gevoelens van schaamte of schuld.
Er is sprake van complex trauma of complexe PTSS als je al vroeg in je leven langdurig ernstige traumatiserende ervaringen meegemaakt, zoals bij seksueel misbruik, mishandeling of verwaarlozing. Omdat deze gebeurtenissen al op jonge leeftijd plaatsvonden wordt er ook wel over vroegkinderlijke traumatisering of ontwikkelingstrauma gesproken. Omdat complex trauma plaatsvond in een relationele context, bijvoorbeeld tussen ouder/verzorger en kind, kan dit ervoor zorgen dat je moeite hebt met anderen te vertrouwen en het behouden van gezonde relaties. Mensen met complexe PTSS hebben vaak moeite met emotieregulatie; je raakt snel overspoeld en bent dan moeilijk te kalmeren. Soms heb je misschien ongezonde manieren ontwikkeld om met intense gevoelens om te gaan zoals zelfbeschadiging of het gebruik van alcohol of drugs. Complex trauma gaat ook vaak samen met dissociatie. Het kan dan zijn dat bepaalde gedachten, emoties of herinneringen buiten je bewustzijn hebt geplaatst. Soms zijn ze dan tijdelijk niet toegankelijk of vertonen ze minder samenhang. Dissociatie ontstaat als overlevingsmechanisme wanneer je je in een onveilige situatie bevindt waarin er geen ontsnapping mogelijk is. Je treedt dan als het ware uit je lichaam. Op latere leeftijd kan zo’n overlevingsmechanisme nog steeds in werking treden door iets dat je doet denken aan de traumatische gebeurtenis (een trigger). Wanneer je vanaf jonge leeftijd structureel gebruik moest maken van dissociatie kan het zijn dat je een dissociatieve persoonlijkheidsstoornis (DIS) hebt ontwikkelt waarbij er verschillende persoonlijkheidsdelen zijn ontstaan.
Trauma als een normale reactie op een abnormale situatie
Misschien is het woord 'stoornis' niet helemaal op zijn plek. Eigenlijk zijn traumaklachten zoals bij een PTSS een heel normale reactie op een abnormale situatie. Er is niks mis met je op moment dat je traumaklachten hebt ontwikkeld. In plaats van de vraag te stellen; 'wat is er mis met je/mij?' is de vraag 'wat is je/mij overkomen?' behulpzamer om je klachten te gaan begrijpen. Sommige klachten die je nu ervaart hebben je eerder helpen overleven, maar zijn nu niet meer functioneel. Je lichaam en zenuwstelsel reageren nog steeds alsof je in gevaar bent. En misschien weet je rationeel wel dat je nu veilig bent, maar voelt dit nog niet zo. Daarom kan een 'bottum-up' of lichaamsgerichte benadering behulpzaam zijn, zodat je ook kan gaan voelen dat je nu veilig bent.
Comments